zaterdag 14 september 2013

Jampot

We zaten aan het ontbijt, zaterdagochtend. Mijn moeder had broodjes opgebakken. Bolletjes, zuurdesem, en brood met pitjes. Lekker! M'n zusje nam een bolletje, net als ik. Bolletjes hebben we alleen in het weekend. Ik pakte een jampot, en draaide 'm open. Jawel, ik maakte hem zélf open! Het kostte moeite, maar lukte. M'n vader zei dat hij trots was. Hoe vreemd klinkt dat: "Ik ben trots omdat je de jampot zelf hebt opengemaakt!" Maar het is ook zo. Hij was trots, en ik ook. Om de jampot.

En ik eet dus weer gewoon. Bolletjes met jam, en boterhammen met pindakaas :) Een jaar geleden was eten voor mij een klein drama. M'n hele lichaam was verkrampt, waardoor bestek vasthouden zo goed als onmogelijk was. Bovendien proefde ik niets meer. De hele dag was er een vreemde smaak in mijn mond. Die veranderde wel eens, maar onafhankelijk van wat ik at. Soms smaakte plots alles naar vanille, of naar pindakaas. Het is in ieder geval heel raar, als je alleen nog maar structuur van eten proeft.

Nu proef ik alles weer, al is m'n smaak echt veranderd. Ook mijn gewicht is weer aardig op peil. Hij schommelt wel erg, maar ik ben gelukkig niet meer zo heel dun als eerst. Toen ik ruim een jaar geleden in het ziekenhuis belandde vonden ze me te mager. En op mijn leeftijd wordt er direct gedacht aan een eetstoornis. De zusters stopten me vol met chocolade en ander calorierijk voedsel. Ik moest het allemaal opeten, want ik moest en zou aankomen. Het aankomen is niet gelukt, het eten wel. Hoeveel ik ook at, er kwam niets aan. Dat hoor je wel vaker bij lymepatiënten, extreme gewichtstoename of -afname. Ik ben blij dat dat nu weer normaal is, al is het bij mij niet te beïnvloeden met m'n eetpatroon!

Ook mijn kracht komt steeds meer terug, al gaat dat heel langzaam. De fysiotherapeut meet de kracht in mijn benen om de paar maanden, en elke keer gaat dat weer een klein stapje vooruit. Ik kan nu ook steeds meer dingen ondernemen, helemaal zelf. En nu mijn smaak weer terug is, en de kracht in mijn handen, geniet ik extra van mijn zélfgesmeerde bolletjes met jam. 

zondag 1 september 2013

Bruggers in (hoge) nood

De eerste week school zit er weer op! Ik ben elke dag 2 lesuren naar school geweest. Best zwaar, maar ontzettend leuk!! Ik moet wel uitkijken niet over m'n grenzen te gaan, dat vind ik echt heel lastig... Ook denkt iedereen dat ik weer beter ben, je ziet immers niets meer aan de buitenkant. Da's best lastig om uit te leggen, maar gelukkig is er veel begrip.

Op school heb ik wat bekenden gesproken uit mijn vroegere klas. De meesten wisten wel dat ik ziek was. Maar eentje dacht dat ik inmiddels op een andere school zat...
Ook de bruggers zijn - zoals elk jaar - erg leuk. Ik stond in de pauze met vriendinnen bij de kluisjes. Opeens hoor ik achter me "Hee! Milou!". Ik keek om, er stond een brugger achter me. Klein, een grote, uitpuilende rugzak en een pietepeuterig klein brilletje met ronde glazen. Het broertje van een vriendin. Naast hem een nog kleinere brugger, met een nog grotere rugzak. Zonder bril, dat wel. "Hoi David" zei ik. Hij keek mij aan, en zijn vriendje, want het is wel stoer om een bovenbouwer te kennen. Verder zei hij niets. Ik vroeg in welke klas ze zaten, en of hij het leuk vond op school. "Ja hoor, heel leuk!" vertelde hij met een brede grijns. "Maar euhm... weet jij misschien waar de WC's zijn?". "Haha, tuurlijk. Aan het eind van de gang rechts" zei ik. Aan het eind van de gang zijn twee deuren, hij wees de verkeerde aan. "Daar?". Ik ben de 20 meter naar de WC's maar even met ze meegelopen, tsja, zodat ze niet zouden verdwalen.

Even later hoorde ik bovenaan de trap: "Milou! Waar is lokaal 38?!", het was weer David. "Voor je neus!" riep ik. En na een luid dankjewel renden hij en z'n vriendjes het lokaal binnen. De eerste bel was net gegaan.

En nog een brugger. Ik liep alleen door de gang, in de pauze. Ik zag een brugger al even voor de WC's ronddrentelen. Toen ik langs liep hoorde ik zacht "Euhm... mag ik iets vragen?". "Tuurlijk" zei ik, nu ik toch bezig was met het redden van bruggertjes. "Waar is de jongens WC?". "Euhm... hier, recht voor je neus" zei ik enigszins verbouwereerd. Zonder iets te zeggen verdween de brugger het toilet in, hij moest nodig.

En daarna ben ik naar huis gegaan. Ik was moe, ik had al twee lessen gehad. Natuurkunde (saai!) en Nederlands. Nederlands was wel leuk, we hebben de boekenlijst van de 6e klas bekeken. Alle boeken werden kort besproken. De meeste gingen over thema's als liefde, verslaving, drugs, puberteit. Leuk hoor. Maar ik lees liever andere boeken, voor zover het lukt om te lezen. Één boek van de lijst ging over de liefde van een leerling voor haar leraar. "Tot zover geen probleem" vertelde mijn lerares opgewekt. "Het probleem is dat de leraar de leerlinge buiten school heeft ontmoet".

Mijn klas reageerde verbaasd: "maar euh... de gevoelens van die leerling voor een docent zijn toch al een probleem?". "Nee hoor" vertelde onze docente, "Iedereen mag verliefd worden op zijn of haar docent. Geen enkel punt. Maar de docent mag er niet op in gaan, want dan heeft ie een probleem. Het staat zelfs in de wet. Als een docent er wel op in gaat, is het reden tot schorsing." Wij keken elkaar lachend aan. "Mijn zusje was ook verliefd op haar tekenleraar" En het lachen werd harder. "Hij kwam veel bij ons thuis. Maar als er iemand aanbelde moest hij zich snel verstoppen. Stel dat het iemand van school was! Later zijn ze getrouwd. Oh, maar het is niet goed afgelopen hoor, ze zijn niet meer bij elkaar". De moraal van het verhaal ;) We hebben in ieder geval veel lol gehad.